zondag 30 december 2012

Duizend kiezelpaden

Vandaag wordt Willy Spillebeen 80! Rond- en voluit tachtig! Maar deze aimabele man heeft lang niet de leeftijd van wat de kalender ons in zijn zwakste momenten durft aan te wijzen...
In de voorbije weken werd Willy Spillebeen op verschillende West-Vlaamse plaatsen gevierd. Van Westrozebeke over Menen tot gisteren nog in Harelbeke. Sprekers, zonen, vrienden... kwamen aan het woord. Hadden het over wat wezenlijk is voor het werk van Spillebeen en wat minder. Geschenken werden uitgedeeld. Spillebeen werd vereeuwigd en de teneur was overal dezelfde: liefdevol en toegenegen. Gulhartige wikipedia-woorden:

Schrijven is de zingeving van zijn bestaan. De werken van Spillebeen kunnen worden gezien als een geschreven zoektocht die gaat van chaos naar orde, van verbrokkeling naar eenheid en van metafysieke twijfel naar een vrijzinnig geloof in de persoonlijke verantwoordelijkheid van de mens.

Maar hoe kan men op vandaag een man, een schrijver, als Spillebeen nog het beste eren... Door zijn werk te lezen natuurlijk! En te hérlezen want Willy Spillebeen is een schrijver die al die tijd en tot op vandaag met een oorverdovende consequentie (en consistentie) aan een oeuvre heeft gewerkt dat geen enkele rechtgeaarde lezer naast zich neer zal leggen. De voorbije dagen heb ik zelf – bij wijze van intiem eerbetoon – opnieuw één van zijn vroegste boeken herlezen. Steen des Aanstoots (Naar een zevende dag) dateert uit de debuutjaren van Willy Spillebeen. Het gezegende jaar 1971, een uitgave van de Davidsfonds. Zeventien was ik en ik ontdekte als de nog onbevangen, bijna blanke lezer die ik toen nog was wat een boek kon doen met zijn lezer. Een kleine klap voor de kop verkocht het mij, dat boek! Zo kon het dus ook. In Vlaanderen een boek schrijven dat betekenis kreeg voor je eigen leven. Op een bepaald ogenblik werd het boek voor sommigen zelfs letterlijk een steen des aanstoots. De vrijmoedigheid in het boek zorgde op een paar plaatsen voor een heuse siddering doorheen de kalme wateren van de (West-) Vlaamse letteren. Ik herinner mij hoe ik Willy enkele jaren later, toen ik hem aan de toog van jazz-café Heidelberg in Loppem leerde kennen, waar hij mee zijn mooie bloemlezing over Pablo Neruda kwam voorstellen (Honderd liefdessonnetten, een heel mooie vertaling van Cien sonetos de amor) met enige schroom vertelde wat het boek als jonge knaap voor mij betekend had en bleef betekenen. Hij glimlachte alleen maar wat timide en trakteerde mij van de weeromstuit op één of ander hartigs van het vat. Nu herlees ik het boek alsof ik een klassieker herlees. Steen des Aanstoots blijft een boek dat je niet had willen missen. Het gevecht van Jaak Tantasis, supersonische ertsdelver, schrijvend in enkel maar de jij-vorm en jokari spelend met het eigen leven blijft een soort nouveau-roman die model blijft staan voor wat met literatuur mogelijk is.

Veertig jaar, een lezersleven later, bezorgt het boek je geen klap meer. Je herkent wat je krijgt, wat je leest. Je bent een ander nu. De steen des aanstoots is allang vergruisd en vergruizeld, gedateerd, uiteengevallen in duizend kiezelpaden. De tijd
heeft ons ingehaald. Vandaag zitten we met zijn allen op Facebook. We twitteren als zwaluwen, vinden krampachtig dingen leuk, wisselen statussen uit en delen – kijk ‘s - berichten zoals we onze nagels knippen. Ons echte en ons virtuele leven hangt daar mooi te wezen aan de grote klok. Veel schrijvers zijn (en vaak van lieverlee) ietwat amechtige entertainers geworden die (als afgematte zwaluwen) hopen de winter van de lezer te halen. Een boek is een ding geworden nu, heeft een omloopsnelheid die steeds korter wordt. Een schrijver heeft vandaag de dag een houdbaarheidsdatum. Een termijn van versheid. Je maakt het met twee of drie boeken en daarna niet meer… Maar wat kan dat de echte lezer schelen! Of deren! Boeken blijven verdergaan dan hun schrijvers. Af en toe moet een mens, moet een lezer teruggrijpen naar wat verdwenen is... In de boekenkasten van de tijd. Herlezen om opnieuw te zijn wie je bent geweest. Gretig en onbeschreven. Zeventien opnieuw en met de schrijver, als het boek uit is en op bladzijde 189 nog even blijft openliggen, graag besluiten zoals Steen des Aanstoots eindigt:

Slaapwel Saskia. Tot morgen. Haar rustige adem vertedert jou en je glimlacht vertrouwvol in het donker terwijl de geluiden daarbuiten de adem zijn van onzichtbare vreedzame dieren. En weer sta je op, je ontwijkt de krakende traptrede, je ontsluit de achterdeur, je gaat naakt in het bedauwde gras liggen met onder jou de warmte van de aarde en boven jou de wind en de sterren. De sterren vallen één voor één, gedragen door de wind, neer in je lichaam.

(Notitie in de rubriek: Ik herlees wat ik niet vergeten ben, en ja, Willy, voor vandaag ook van mij natuurlijk een gelukkige verjaardag!)

Extern:
Koen d’Haene over Willy Spillebeen in drie blogberichten. (1)(2)(3)
Patrick Lateur over de poëzie van Spillebeen
Ronny De Schepper over Willy Spillebeen 80
Willy Spillebeen op Wikipedia

zondag 23 december 2012

Dansen tot na sluitingstijd

Net iets te vroeg voor onder de kerstboom... Maar niettemin nu al iets om graag aan te kondigen. 'Dansen tot na sluitingstijd - Het beste uit Poëzierapport' verschijnt met Gedichtendag 2013 bij Van Gennep. Het boek zal o.a. ook mijn bijdrage die ik in het gezegende jaar 2007 schreef over de bundel "Met de plezierboot mee" van Mark van Tongele bevatten. Het is meteen ook de titel van de bloemlezing geworden. De andere bijdragen zijn van de hand van Willem Thies, Alain Delmotte, Ronald Ohlsen, Yella Arnouts, Chrétien Breukers, Patricia Lasoen, Catharina Blaauwendraad, Yves Joris, Hanz Mirck en Philip Hoorne zelf.





Extern
Zie ook dit gelijknamige item op "Lettergoesting, wordpress-blog van Yves Joris van wie eveneens een aantal teksten in "Dansen" zullen voorkomen en zie ook dit vroege bericht van mij:
Roeien op eigen doft.

Bouwen om te breken

Nooit slecht om ’s op zo’n lome verzopen en bijna godvergeten zondagochtend van net voor Kerstmis (“geen wandeling in de ochtend, niet naar buiten in de regen…”) wakkergemaakt te worden met een mooie kleine dreun van een column van onze goodold en onvolprezen blogger Pascal Digital. Een blogstukje van gisteren al: Facebookbericht 352. Het stuk van Pascal Cornet is een reactie op het protserige artikel dat Bart De Wever gisteren in de Standaard liet lezen: “Afbreken om op te bouwen - Over de waarde van kunst.” Tot op vandaag reageerden daar niet minder dan 543 mensen op. Vooral De Wever-getrouwen, wat had je gedacht…

Ik citeer graag ter lezing en ter lering wat Pascal Digital daar als slotsom over schrijft:

In de postmoderne Vlaams-nationale staat zal de kunstenaar zich te schikken hebben naar deze eis van ‘return on investment’. Wat er met de niet-gesubsidieerde kunstenaar zal gebeuren, wordt niet geëxpliciteerd maar we kunnen er eventueel wel naar gissen.

Wie nu nog niet wakker schiet, is medeplichtig.


Bedenking van hieruit: af en toe lichtjes hallucinant wat mensen van vandaag (en ongehinderd door wat ons aan mooie dingen is voorafgegaan) over kunst menen te mogen zeggen.

Extern: Afbreken om op te bouwen "Bart De Wever over Kunst"
Pascal Digital: Facebookbericht 352

dinsdag 18 december 2012

Een puike maar nimmer honkvaste plek

In De Werf te Brugge werden zaterdagavond de laureaten van de 2°Mark Braet-poëzieprijs bekendgemaakt. Dit gebeurde tijdens een smaakvol programma met lezing door Koen Stassijns, een spits optreden van Herman de Coninck-prijs-nominatie Delphine Lecompte en muzikale tussenkomsten van Gilbert Isbin. Alain Delmotte schreef en las het juryverslag. Laureaat van de Mark Braet-poëzieprijs editie 2012 werd Philippe Jacobs uit Korbeek-Lo met het gedicht 'Huis'. Een eervolle vermelding ging onder de vorm van de prijs van de Stad Brugge naar Jan Posman uit Maldegem voor zijn gedicht 'Wegwaaiende straten'.
De jury die bestond uit voorzitter Koen Stassyns, Alain Delmotte, Paul Rigolle, Lisette Keustermans en Frank De Crits kreeg 91 inzendingen te beöordelen. Uit het juryrapport dat werd bezorgd door Alain Delmotte noteerden we met stip de volgende passages:

De juryleden kozen met het gedicht 'Huis' duidelijk voor het voluit impliciete, voor het engagement van en in de taal. Het betreft een compact en af gedicht bestaande uit een vierregelige en twee vijfregelige strofen. Een gedicht geschreven door iemand die zich mentaal aan de rand van een ‘komma’ bevindt. Een puike maar nimmer honkvaste plek. Waar dichters wonen staat nooit iets vast – misschien is dit wel hun maatschappelijke rol: dingen in vraag stellen, dingen zich in vraag laten stellen. In dit geladen gedicht ontwaren we weinig zekerheid: de vaderfiguur wijst naar het ijle en op de achtergrond tekenen zinkende schepen en een doolhof zich af. In de spankracht van deze versregels kristalliseren zich abstract klinkende begrippen als ‘verontwaardiging’, ‘ontreddering’ en ‘vervreemding’ tot een pregnant geheel dat in alle eenvoud wordt verwoord. Maar een eenvoud die niet ten koste gaat van de complexiteit die de hoger vernoemde begrippen mee veronderstellen. Nee, dit gedicht schopt niet meteen de lezer een geweten. Maar de lezer hoort er wel een geschopt geweten in knagen. Onder het pseudoniem 'Ennis' bleek de dichter Philippe Jacobs uit Korbeek-Lo schuil te gaan.

Extern:
Mark Braet-Poëzieprijs-Editie 2 op de Schaal van Digther
Masereelfonds-bericht

zaterdag 15 december 2012

Hachee

Al 199 retweets. En terecht al elvendertig keer gedeeld:

"In het Groot Dictee der Nederlandse Taal is een milidiviant schransbaar octaviaat aan redunate woord-hachee verordipleerd."

Tweet van Wim de Bie na het Groot Dictee der Nederlandse Taal, Editie 2012.

zaterdag 8 december 2012

Zeven levens

Een Facebook-status! "Heel mooie avond gisteren in "het Westrozebeke van al mijn plaatsen". Proficiat Willy Spillebeen!"

Zie ook het blogstukje van Koen d'Haene, "Bij de verjaardag van Willy".
Al was het bij mij - zeventien en nauwelijks ouder - "Steen des Aanstoots", wat voor Koen geldt, kan ook moeiteloos voor mij gelden:

Het lijkt alsof ik Willy Spillebeen al mijn hele leven ken en tegelijk heeft hij minstens zeven levens voor mij. Altijd weer kwam hij op de proppen en altijd weer in een min of meer andere gedaante.

Extern: Patrick Lateur-on line over 'De geschiedenis van een steenbok'.

donderdag 6 december 2012

Verlichte gedichten

(Citaat/Citaten)

Er zijn drie foute manieren om met gedichten om te gaan:
- je misbruikt ze als geheugenoefeningen om voor te dragen;
- je praat ze kapot;
- je negeert ze.

Joris Denoo in “Meester in de vakken”. Overigens verschijnt van de grijze Torhoutse Meester komend voorjaar bij Uitgeverij die Keure in Brugge een heus les- en leerboek met als veelbelovende titel "Verlichte gedichten: omgaan met poëzie in de lagere en de secundaire klassen". Alweer een (leer)boek om naar uit te kijken!

woensdag 5 december 2012

Wensdroom

Mogelijkheden (1)

Alles legio, mogelijkheden zat! Proza schrijven - onbedronken - zoals Marguerite Duras, songteksten als Richard - honing - Hawley, toneel als Pinter... En poëzie, ja poëzie, die te schrijven zoals the one and only Herman Hendrik Ter Balkt!!! En dat, mensen, dat verzamelen in één en dezelfde zin, zodat het zonder veel gêne op een wensdroom kan gaan lijken!!!